De Nederlandse huizenprijzen blijven in een hoog tempo stijgen
22 aug , 9:50 • Landelijk nieuws
Volgens recente cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) en het Kadaster waren bestaande koopwoningen in juli gemiddeld 10,6 procent duurder dan een jaar eerder. Deze toename markeert de grootste stijging in bijna twee jaar. De gemiddelde verkoopprijs van een huis kwam daarmee uit op €457.320.
Ten opzichte van juni 2024 stegen de prijzen met 1,4 procent. Dit is een lichte versnelling ten opzichte van de voorgaande maand, waarin de huizenprijzen al met 1,3 procent opliepen. CBS-hoofdeconoom Peter Hein van Mulligen waarschuwt dat de woningmarkt tekenen vertoont van oververhitting. “We zien nu weer dezelfde snelle prijsstijgingen als in 2021, maar de omstandigheden zijn anders. Toen was de hypotheekrente erg laag, terwijl de leenkosten nu aanzienlijk hoger liggen.”
Oplopende lonen en beperkt aanbod drijven prijsstijgingen
De recente prijsstijgingen worden volgens Van Mulligen vooral veroorzaakt door oplopende lonen en het aanhoudend beperkte aanbod van koopwoningen. “Er is voldoende geld beschikbaar en de vraag om te verhuizen blijft groot. Het is een klassiek vraag- en aanbodverhaal,” aldus Van Mulligen.
Opvallend is ook de sterke toename van het aantal woningtransacties. Het Kadaster registreerde in juli 18.610 verkochte woningen, bijna 25 procent meer dan in dezelfde maand vorig jaar. In de eerste zeven maanden van 2024 zijn er in totaal 110.993 woningen verkocht, een stijging van ruim 11 procent ten opzichte van een jaar eerder. Deze cijfers suggereren dat het vertrouwen in de woningmarkt toeneemt. “Mensen denken: als ik nu iets koop, kan ik het later toch nog wel verkopen,” zegt Van Mulligen
Toekomst van de woningmarkt onzeker
Of de huizenmarkt weer op weg is naar prijsstijgingen zoals eind 2021 en begin 2022, toen de prijzen rond de 20 procent stegen, blijft volgens Van Mulligen onzeker. Hij sluit echter niet uit dat de prijzen opnieuw in een dergelijk tempo kunnen oplopen.
De toekomst van de huizenmarkt hangt deels af van de verdere ontwikkeling van de inflatie en de beslissingen van de Europese Centrale Bank (ECB) met betrekking tot de rente. Hoewel Van Mulligen verwacht dat de rente niet snel zal dalen, lijkt het er wel op dat de leenkosten op termijn zullen afnemen. Dit zou de huizenprijzen verder kunnen aanjagen.
