Israëlisch busbedrijf blijft in de race voor vervoer in Oost-Brabant

25 jun , 13:24 Nieuws
37988
Foto: Iwan van Dun - Eye4images

DEN BOSCH – Ondanks politieke druk van linkse partijen in Provinciale Staten, blijft het omstreden busbedrijf EBS een kanshebber voor het openbaar vervoer in Oost-Brabant. De provincie kan het bedrijf met Israëlische wortels juridisch niet buitensluiten van de lopende aanbesteding, zo blijkt uit een reactie van het provinciebestuur.

GroenLinks, PvdA, Volt en de Partij voor de Dieren trokken eerder aan de bel. Zij willen dat Brabant afstand neemt van EBS, vanwege diens banden met het Israëlische moederbedrijf Egged. Dat bedrijf levert busvervoer van en naar Israëlische nederzettingen in Palestijns gebied en staat daarom al jaren op een zwarte lijst van de Verenigde Naties.

Volgens de partijen hoort zo’n onderneming niet thuis in het Brabantse straatbeeld. “Het is onvoorstelbaar dat een bedrijf dat actief is in bezet gebied, straks onze dorpen en steden mag bedienen,” klonk het eerder in de Staten. Maar het provinciebestuur kan daar weinig aan veranderen.

Spelregels liggen vast

De aanbestedingsprocedure is al in gang gezet en de regels daarvoor liggen vast. Tussentijds een partij uitsluiten is juridisch niet toegestaan en zou de hele procedure kunnen vertragen, met risico voor de reiziger. “De provincie kan de voorwaarden niet zomaar aanpassen of nieuwe criteria toevoegen,” schrijft het college van Gedeputeerde Staten.

Een toekomstige aanpassing van de regels – bijvoorbeeld om bedrijven met activiteiten in bezette gebieden te weren – is mogelijk, maar juridisch complex. Zo'n maatregel moet goed onderbouwd zijn en kan worden aangevochten bij de rechter. Bovendien benadrukt het provinciebestuur dat de VN-lijst waarop Egged staat géén juridisch oordeel is, maar een politieke weergave.

Eindstrijd tussen EBS en Arriva

Voor het vervoer in Oost-Brabant zijn nu nog twee partijen over: het huidige vervoersbedrijf Arriva, en uitdager EBS. De concessie – die loopt vanaf eind 2026 en twaalf jaar duurt – bestrijkt een groot gebied van Hilvarenbeek tot Oss en Boxmeer. Halverwege juli wordt duidelijk wie het vervoer mag gaan uitvoeren.

EBS deed eerder al ervaring op in Nederland. In Zeeland won het bedrijf vorig jaar de aanbesteding, wat daar ook leidde tot publieke en politieke protesten. Tijdens een recente testdag in Middelburg lieten actievoerders nog van zich horen.

Hoewel de provincie dus geen actie kan ondernemen tegen EBS binnen deze aanbestedingsronde, sluiten linkse partijen verdere politieke druk niet uit. Zij blijven pleiten voor ethische voorwaarden bij toekomstige opdrachten. “Brabant moet zorgvuldig kiezen wie hier namens de overheid diensten levert,” stellen zij.